Theo van Rock & Wim Heere
In samenwerking met Onomatopee Projects
NL
De pilot van Residency for the People vond plaats tijdens in oktober 2019 tijdens Dutch Design Week. De eerste residenten / initiatiefnemers waren Theo van Rock en Wim Heere uit Eindhoven. Theo is bekend van Nasmak, een Eindhovense cultband uit de jaren ’70-‘80 en Wim is een befaamd schrijver en performer. Beide heren doken vol in dit project, en brachten daarmee Residency for the People tot de eerste iteratie. De bar als startpunt voor maatschappelijke verbetering beschouwend, ontwierpen en bouwden Theo en Wim – beide professionele ‘bar flies’ – een bar gebaseerd op de beste bar die ze ooit in hun leven bezochten, een – Sports Bar in de stad Ridgecrest, Californië.
Tijdens een van mijn laatste roadtrips door de USA, was het dagritme eigenlijk even eenvoudig als aantrekkelijk: ’s morgens de auto in; gedurende de dag ’n kilometer of 400 rijden, iets cultureels doen, ’n National Park bezoeken of wat dan ook en rond 5 uur in de sportsbar zitten en zien wat er gaat gebeuren. Inmiddels was de strategie geworden om het reisschema ook voor ’n gedeelte te laten bepalen door de plaatselijke sportsbar. Dus ’s avonds kijken waar we de volgende dag ongeveer heen wilden; via het heilige internet scannen of er in de desbetreffende plaats ’n geschikte sportsbar was en indien dat het geval was, geschikte slaapaccommodatie in de buurt zoeken.
De bezoekers van een sportsbar zijn vrij divers en het ligt er ook aan in welk stadje of dorp je bent. De klandizie kan een verzameling losers zijn: meth-gebruikers, alcoholisten en ander vaag volk dat hun laatste geld komt verbrassen aan drank, maar kan ook middle class zijn die na hun werk even ’n biertje komen drinken. Je kunt er meemaken dat ’n enorm dikke alcoholistische vrouw naast je komt zitten, die dreigend zegt dat ze jarig is en dat jij bent uitverkoren om samen met haar die verjaardag te gaan vieren of dat ’n meth junkie uitgebreid gaat vertellen over z’n vechtpartij van gisteren. Het gaat er in ieder geval niet kinderachtig aan toe. In ’n sportsbar dient gedronken te worden en als het kan veel en snel. In ’n gemiddelde sportsbar hangen zo’n 10 monitoren waarop alleen maar sport te zien is. Het ware leven wordt letterlijk buitengesloten, want meestal zijn de ramen gebarricadeerd en is de deur geblindeerd. Je zit dus in ’n soort brandkast, maar wel ’n gezellige.
Ridgecrest, California ligt tussen Death Valley en Sequioa Park midden in de woestijn. In Ridgecrest is eigenlijk weinig te doen. Op straat zie je niemand. De economie drijft op wapenindustrie en ’n geheime militaire basis in de buurt. De sportsbar voldeed aan alle criteria: Modelo bier, 8 monitoren met sport, goed barpersoneel, ’n paar biljarttafels en ’n bar die langzaam vol liep vanaf ’n uur of 5. In Amerika kost het weinig moeite om in contact te komen met de plaatselijke bevolking. Vreemdelingen worden meteen herkend en als je dan uit NL komt, is dat wel meestal ’n reden om in gesprek te gaan, of anders gezegd: je krijgt dan het plaatselijke leed te horen of hoe geweldig Amerika is.
Na ’n paar uur kreeg ik zin in drugs. Ik vroeg aan de bardame hoe ik dat aan moest pakken. Barpersoneel is altijd vriendelijke en bereidwillig in de USA, omdat hun loon voor het merendeel uit fooi bestaat en fooi wordt door de klant afgemeten aan de kwaliteit van de service van het barpersoneel. Ze vertelde me dat ’n afro-american even verder aan de bar mij wel verder kon helpen. Ik sprak de man aan en vertelde hem dat ik marihuana-behoefte had. No problem, over ’n half uurtje viel er wel wat te regelen en dan zou hij me wel ’n seintje geven. Na ’n half uurtje kwam inderdaad het verlossende woord: op de parkeerplaats stond ’n auto met ’n man en ’n vrouw en daar kon ik m’n handel gaan halen. Ik gaf Theo m’n telefoon en portemonnee, zodat ik bij beroving niet alles kwijt was en ging met 20 dollar naar buiten. Na enig zoeken vond ik de auto met mijn provider. Hij liet z’n marihuana zien en ik vertelde hem dat ik geen 20 dollar voor die hoeveelheid ging betalen. In NL was het hooguit 8 dollar waard. De man raakte geïrriteerd en aangezien zijn vriendin me ’n ongeleid projectiel leek, ging ik uiteindelijk akkoord. Hij vroeg of ik nog andere merchandise nodig had en toonde ’n soort portefeuille waarin meth, coke, heroïne en diverse pillen gerangschikt waren. Het was zo wel goed. Later bleek trouwens dat de marihuana van hoge kwaliteit was, want ik heb er nog ’n soort hartaanval van gehad. Maar goed, zo gaat dat dus. Rond ’n uur of half 8 even bij ’n Mexicaan eten en daarna weer snel de bar in. That’s life and that’s entertainment.
Hier word ik dus blij van: sport, geouwehoer aan de bar, ’n jointje, goed barpersoneel en weten dat je de volgende dag Sequoia Park gaat bezoeken en in de namiddag weer veilig in ’n sportsbar zit: het sportsbar-gevoel dus. In september werden we gevraagd om in het kader van Residency for the People onze ideale bar in te richten. Was ’n kort project; 3 weken om de bar te bouwen en de bar zou 10 dagen tijdens de Dutch Design Week draaien. We brainstormden even en al snel was duidelijk dat het ‘Ridgecrest-gevoel’ gerealiseerd moest worden: desert, small town, no nonsense, alienation. 10 Dagen heeft Ridgecrest (is uiteindelijk ook de naam geworden) gedraaid. Ridgecrest (location Eindhoven) werd even ’n vergaarbak van expats, art students, alt & rock Eindhoven. Het was er ok.
EN
The pilot of Residency for the People took place October 2019 during Dutch Design Week. The first residents / initiators were Theo van Rock and Wim Heere from Eindhoven. Theo is known from Nasmak, an Eindhoven cultband from the 70’s-80’s and Wim is a renowned writer and performer. Both gentlemen dove into this project, leading Residence for the People into its first iteration. Considering the bar as the starting point for societal improvement, Theo and Wim – both professional bar flies – designed and built a bar based on the best bar they had ever visited: a sports bar in the city of Ridgecrest, California.
During one of my latest road trips across the USA, the daily rhythm was really as simple as it was attractive: getinto the car in the morning; drive some 400 kilometres during the day, do something cultural, visit a National Park perhaps, and settle in the sports bar at about 5 o’clock to see what might happen. After a while, it became a strategy to let the travel schedule be determined to a certain extent by the local sports bar. So, figure out in the evening where we would like to go next day; scan the holy internet for a suitable sports bars in the town in question and, if there was one, find a proper place nearby to stay.
The visitors of a sports bar are pretty diverse and it all depends on the town or village you’re in. The customers can be a bunch of losers: methheads, alcoholics and other odd folk who squander their last money on booze, but they might just as well be middleclass people grabbing a beer after work. It could happen that you’re joined at the bar by an incredibly fat alcoholic woman who menacingly says it’s her birthday and you’ve been chosen to celebrate it with her, or that a meth junkie tells you all about a fight he had the other day. It certainly is no place for the faint of heart. You’re supposed to drink in a sports bar, a lot, and quickly please. In the average sports bar, you’ll find about a dozen monitors that show nothing but sports. The real world is literally kept outside, because most of the time, the windows have been barricaded and the door has been blinded. You’re basically inside some kind of vault, but a cosy one though.
Ridgecrest, California lies in the middle of the dessert, between Death Valley and Sequoia Park. There’s really not much to do in Ridgecrest. The streets are abandoned. The economy is kept afloat by the arms industry and a secret military base nearby. The sports bar met all the criteria: Modelo beer, 8 monitors with sports, friendly staff, a couple of pool tables and a bar that slowly started to fill up from around 5 o’clock. In America, it isn’t hard to get in contact with the locals. Strangers are recognised immediately and if you happen to be from the Netherlands, that’s usually reason enough to strike up a conversation, or, to put it differently: you’ll either get to hear all about the local misery or the greatness of America.
After a couple of hours, I felt like doing drugs. I asked the bar lady how I might go about that. In the USA, bar personnel are always friendly and obliging, because their salaries mostly consist of tips and customers measure tips by the quality of the bar personnel’s service. She told me that an African American down the bar should be able to help me. I approached the man and told him I had an urge for marihuana. No problem, something could be arranged in half an hour, and he would let me know when. And indeed, after thirty minutes, I received good tidings: there was a car in the parking lot with a man and a woman where I could get my merchandise. I gave Theo my phone and wallet so I wouldn´t lose everything in case I got robbed, and went outside with 20 dollars. After some searching, I found the car with my provider. He showed his marihuana and I told him that I wasn’t going to pay 20 dollars for that amount. In the Netherlands it would do 8 dollars max. The man was getting annoyed and as his girlfriend seemed to be a loose cannon, I eventually agreed. He asked if I needed anything else and showed some sort of portfolio with meth, coke, heroine and various pills all neatly arranged. I was fine. Later, the marihuana turned out to be pretty high grade, cause it gave me some kind of heart attack. Anyway, that’s how it goes. Grab a quick bite at a Mexican joint around half past 7 and hurry back to the bar again. That’s life and that’s entertainment.
Its the sort of thing that makes me happy: sports, talking rubbish at the bar, a spliff, good personnel and knowing that you’ll visit Sequoia Park the next day and safely sit in a sports bar again in the afternoon: the sports bar feeling. In September, we were asked to set up our ideal bar, as part of Residency for the People. It was a short project: 3 weeks to build the bar that would be up and running for 10 days during Dutch
Design Week. After some brainstorming, it soon became clear that we had to realise the “Ridgecrest feeling”: desert, small-town, no-nonsense, alienation. Ridgecrest (which eventually became the bar’s name) ran for 10 days. For a shore while, Ridgecrest (location Eindhoven) became a receptacle for expats, art students, alt & rock Eindhoven. The place was alright.